“Maak een duurzaam kunstwerk over een maatschappelijk probleem”.
Dat was de opdracht voor 16 scholieren van 5 VWO (Kunst / Beeldende Vorming – Assink lyceum in Haaksbergen).

Mijn inleidende les bestond uit een presentatie op basis van het Lesboek duurzame kunst maken. Dit lesboek kwam tot stand in samenwerking met docent Menno Ouderkerk. Hierin een stukje kunstgeschiedenis van dada via pop art naar conceptuele kunst. Doel van dit project: een kunstwerk op basis van een idee/gedachte/mening over een actueel maatschappelijk probleem. Voorbeelden staan in het lesboek en de presentatie. Dat geeft wat richting maar uiteraard moeten de leerlingen zelf iets bedenken. In één week,  voor aanvang van de tweede les: een bezoek aan de kringloopwinkel. Daar kunnen ze symbolische voorwerpen vinden voor het te maken kunstwerk.
Na een aantal ‘maakuren’ op school volgt dan de afronding met een expositie in de kringloopwinkel.
Voor het eerst is bij deze expositie een prachtige catalogus gemaakt.
Lees hier meer info over dit project.

Voorbeelden met citaten uit de door de leerlingen geschreven teksten:

Mies Wittebroek: Een echte vrouw.
Tegenwoordig willen de meeste vrouwen veel veranderen aan hun lichaam om er vrouwelijker uit te zien”.

Mare van Huisstede: Movement
“We zouden meer in beweging moeten komen. Ons lichaam is tot ontzetten veel in dingen in staat.”

Merlin Hulshof: Entangled with problems.
“De klimaatverandering is een actueel proces dat moet worden aangepakt.”

Sanne Mooibroek: Verstrikte knuffelbeer.
“Tegenwoordig zijn er veel kinderen met een verslaving aan digitale spellen of social media.”

Sanne ten Voorde: Water
“Het water verdwijnt steeds meer en daar heeft de natuur last van.”

Marte Eiting: #Doeslief.
“Meer vrede in de wereld. Mensen moeten liever voor elkaar zijn zoals een teddybeer uitstraalt.”

Susan Glandrup: Rockende rock.
“De fast fashion industrie draagt bij aan watervervuiling, uitputting van hulpbronnen, uitstoot van broeikasgassen en verlies van biodiversiteit.”

Mara Ikink: Het onbereikbare poppenhuis.
“Het poppetje kan niet naar binnen in het poppenhuis omdat hij geen geld heeft.”

Liz Gerrits: Gebruik(t).
“Water, katoen, polyester, lage lonen, weefgetouwen, kinderarbeid, ontwerpen, transport, CO2 uitstoot en Elastaan. Welke wil jij in het rijtje laten staan?”

Noor Klanderman: Kledingindustrie.
“Voor de productie van kleding wordt gebruik gemaakt van fossiele brandstoffen, wat bijdraagt aan de uitstoot van broeikasgassen en klimaatverandering. Dat is dus erg slecht.”

Puk Wissink: tas.
“Alles moet veranderen in herbruikbare spullen. Daarom is het handig om zelf een goede tas te hebben. Die heb ik gemaakt.”

Esmee Snippe: Gebroken ogen.
“Vrouwen kunnen tegenwoordig niet meer op straat lopen zonder dat er wordt gekeken naar hun rondingen”.

Jade van Hout: Two-faced.
“Welke reden zou je hebben om het slecht te hebben?”

Zoë Jansen: Oorlogen.
“Over de oorlogen wereldwijd en welke gevolgen dat heeft op onschuldige burgers.”

Finn Gorkink: Verderop.
“Er zijn zoveel maatschappelijke problemen, dat het niet meer bij te houden is. Behalve op de kaart.”

Linde Mentink: Nederland faalt, het kind betaalt.
‘Mensen in herstel van een eetstoornis maken een motivatieplacemat. Maar geldproblemen staan herstel in de weg.”